Baanregels

Binnen de atletiekwereld gelden er voor het trainen op de atletiekbaan regels. Deze regels kunnen per vereniging ingevuld worden, maar het is verstandiger om dit voor alle atletiekbanen, waar dan ook gelijk te houden. Zo zijn er regels die internationaal zijn afgesproken. Dit zorgt er voor, dat mocht je in het buitenland gebruik maken van een andere atletiekbaan, je te allen tijde goed kunt trainen.

Bij AVA Aalsmeer hanteren we de regels zoals ze internationaal zijn afgesproken.

De 10 (belangrijkste) baanregels bij AVA

  1. Inlopen gebeurt buiten de baan, op het gras of in de buitenste banen.
  2. Oefeningen zoveel mogelijk buiten de baan, op het gras of op de hoog-spring gedeelten doen.
  3. Loopscholing zoveel mogelijk buiten de loopgedeelten, op de buitenste 2 banen of op de aanloop stukken van de verspringbakken doen.
  4. Baan 1 & 2 gebruiken voor tempotrainingen.
    Als er andere groepen bezig zijn in deze banen deze dan zoveel mogelijk NIET hinderen.
  5. Voor het loopgedeelte van de trainingen geldt dat in baan 1 het programma kan worden gedaan (ongeacht het tempo waarin dit gebeurt, dit is echter nooit kletstempo).
    Hierbij geldt dat er maximaal met twee naast elkaar wordt gelopen, het liefst schuin achter elkaar.
    Inhalen gebeurt in baan 2. Snellere atleten kunnen dan makkelijker, zonder belemmering inhalen.
  6. Geen sprinttrainingen in baan 1 & 2.
  7. De herstelpauzes worden in minimaal baan 3 & 4 gedaan ongeacht het tempo (wandel of dribbel pauzes).
  8. Het trainen met horden in baan 5 & 6
  9. Als er op het grasveld getraind wordt voor de technische onderdelen van werpen, dan mag er niet via het grasveld overgestoken worden.
  10. Het is verboden tegen de looprichting in te lopen. Alleen bij sprint mag een trainer anders besluiten. De trainer zorgt dan voor een gemarkeerd gedeelte waar veilig kan worden gesprint.

Let ook op

  • Bij het oversteken goed kijken of er lopers aankomen.
  • Nooit van binnenuit de baan opstappen, altijd van buitenaf beginnen.
  • Let op bij ‘uitstappen’. Daarbij gaat het ook nogal eens mis. Lopers letten vaak niet op ‘inhalers’ als ze naar buiten uitstappen.
    Als het druk is met ‘inhalers’ is het te verkiezen naar binnen uit te stappen.